08 januari 2007

Greenseat: meer nodig dan emissieplafond voor luchtvaart

20/12/2006 | Bron(nen): Greenseat

Het voorstel van de Europese Commissie voor een emissieplafond voor de luchtvaart dat op 20 december wordt gepresenteerd is een stap in de goede richting maar kent nog veel haken en ogen. Invoering kan daardoor nog lang op zicht laten wachten. En zelfs als de rechten zijn verdeeld doet het niet direct iets aan de uitstoot onder het emissieplafond. Op korte termijn is veel meer mogelijk zoals een milieulabel op vliegreizen en afschaffing van de BTW op de compensatie van de uitstoot.

Bij aanschaf van een auto of koelkast zijn we al gewend aan het label met het energie- en brandstofverbruik. Een dergelijk label zou ook verplicht gesteld moeten worden voor de uitstoot van schadelijke broeikasgassen bij vliegreizen. Dit zal veel doen aan de bewustwording van de impact van vliegreizen op het milieu. Wie weet er nu dat een enkele vliegtuigstoel van Amsterdam naar Los Angeles en terug resulteert in 3,94 ton aan CO2 equivalenten? Meer dan de gemiddelde Nederlandse automobilist in een heel jaar!

Als aanvulling op dit emissielabel kunnen reisagenten en luchtvaartmaatschappijen er zelf voor kiezen om hun klanten een gemakkelijke compensatiemogelijkheid aan te bieden. Door te compenseren kunnen reizigers de uitstoot van schadelijke gassen teniet doen met een reductie elders. Bijvoorbeeld windenergie-projecten en bossen die CO2 opnemen als ze groeien. Steeds meer organisaties bieden een dergelijke optie al aan maar stimulerende maatregelen vanuit Brussel zouden dit zeker versnellen.

Een andere maatregel is het afschaffen van BTW op compensatiediensten. Op vliegtickets wordt 0% BTW geheven maar als reizigers ervoor kiezen om diezelfde vliegreis te compenseren moeten ze daar 19% BTW over afdragen. Deze fiscale behandeling werkt zeer contraproductief en is dan ook niet uit te leggen.

Compensatie van de uitstoot bij vliegreizen kost gemiddeld tussen de 2% en de 5% van de ticketprijs. Op dit moment betalen reizigers meer aan brandstoftoeslagen en veiligheidstoeslagen dan ze kwijt zouden zijn aan de kosten van compensatie. De absolute kosten van het compenseren zijn dan ook geen bedreiging voor de luchtvaartsector. Het veelgehoorde argument van concurrentievervalsing is niet van toepassing want het basisprijsniveau van een vliegreis wordt niet beïnvloed.

Echter, de bewustwording van de grote impact van vliegreizen zal toenemen en dit stimuleert aanbieders van vliegreizen om de keuze voor een groene vliegtuigstoel zo gemakkelijk mogelijk te maken. Dergelijke transparantie maakt het voor airlines interessant om de uitstoot per stoel zo laag mogelijk te houden. Dit kan door te investeren in een moderne vloot en te zorgen voor een hoge bezettingsgraad. Hoe minder uitstoot per stoel, hoe beter de gemiddelde score op het emissielabel en hoe lager de kosten voor de reiziger om de uitstoot te compenseren

Door te compenseren wordt er daarnaast gewerkt aan een daadwerkelijke reductie van de uitstoot als gevolg van de luchtvaart. Dit in tegenstelling tot enkel het stellen van een emissieplafond waarmee de uitstoot onder het plafond ongemoeid blijft.

Geen opmerkingen: