13 november 2006

Exploitanten windturbineparken op zee gaan samenwerken

13/11/2006

De drie projectontwikkelaars voor windturbineparken in het Belgische deel van de Noordzee gaan samenwerken. Daarvoor hebben ze samen met de federale ministers van energie en Noordzee het Belgian North Sea Wind Energy Platform (BNSWEP) opgericht. De diverse partners engageren zich om te overleggen over ondermeer de aansluiting van de stroom op het hoogspanningsnet, de uitwisseling van wetenschappelijke gegevens en de bepaling van veiligheids- en milieunormen. Het overleg werd maandag in Zeebrugge aangekondigd.

Op 11 juli ondertekenden de federale ministers Marc Verwilgen (VLD) en Renaat Landuyt (sp.a) een memorandum van overeenstemming met C-Power nv, Eldepasco nv en Belwind nv. Deze drie Belgische vennootschappen hebben elk afzonderlijk plannen voor de bouw van windturbines in het Noordelijk deel van de Belgische Noordzee. In totaal gaat het om 162 molens met een gezamenlijk vermogen 846 megaWatt. Ze zullen in staat zijn om 860.000 gezinnen een jaar lang van stroom te voorzien. De drie projecten betekenen samen een investering van 2 miljard euro en de creatie van enkele duizenden jobs.

"Vandaag kondigen we ook aan dat er zeker windturbines komen op zee", zegt minister voor de Noordzee Renaat Landuyt. "Tot nu was de vraag of ze er komen. Nu is de vraag wanneer ze er zullen staan."

Landuyt legt daarnaast de klemtoon op de jobcreatie die met de projecten gepaard gaat. Het gaat niet alleen om rechtstreekse tewerkstelling bij ontwikkeling, de bouw en later het onderhoud maar ook jobs in het toerisme.

"Door samen te werken moet de kostprijs voor de windenergie worden beperkt", zegt minister voor Energie Marc Verwilghen. "Zo zal er overleg zijn over het aan land brengen van de stroom. Het is immers van groot belang dat de transportkost wordt beperkt want die zal mee de prijs van de elektriciteit bepalen." De drie windturbineprojecten zullen straks goed zijn voor 3,6 procent van de elektriciteitsproductie in België. Volgens Verwilghen wordt België daardoor ook opnieuw wat onafhankelijker van het buitenland als het op energiebevoorrading aankomt.

Filip Maertens van C-Power, het turbinepark op de Thorntonbank dat als eerste over alle nodige vergunningen beschikt, verwacht veel positieve steun uit de samenwerking. "Wij staan het verst in de realisatie van ons project", vertelt hij. "We hebben vaak alleen moeten vechten. Nu hebben we een structuur om gezamenlijk vooruit te gaan."

Anderzijds beseft C-Power dat zij het meest know-how zal inbrengen. C-Power wil vanaf het voorjaar 2008 met de bouw van zes turbines op zee starten. "De molens zullen in Oostende worden geassembleerd en met een drijvende kraan ter plaatse worden gebracht." Het turbinepark van C-Power zal op termijn 60 molens tellen met een gezamenlijk vermogen van 300 megaWatt. De stroomkabel van C-Power zal in Oostende aan land komen.

Geen opmerkingen: