25/08/2007 | Bron(nen): Vilt-nieuwsoverzicht, De Tijd
De vrije Europese markt voor biodiesel dreigt te imploderen. Europese bedrijven kunnen niet langer opboksen tegen de concurrentie van goedkope biodiesel die gesubsidieerd uit de Verenigde Staten naar Europa wordt verscheept. In Duitsland is de productie van biodiesel al gehalveerd. Enkel in een gereglementeerde markt met productiequota kunnen de Europese bedrijven nog overleven zoals in België en in Frankrijk. Maar ook hier is de marge klein.
In Duitsland en Nederland is de markt voor biobrandstoffen vrij en kan iedereen leveren. Maar België en Frankrijk hebben gekozen voor een gereglementeerde markt. Wie in Frankrijk of in ons land biobrandstoffen wil leveren, moet een quotum krijgen van de regering. Het staat die bedrijven vrij boven het toegestane quotum te produceren en de resterende hoeveelheden in de vrije landen af te zetten. In België hebben alle biodieselfabrieken een productiecapaciteit die dubbel zo groot is als hun quotum.
Voldoende schaalgrootte maakt zo'n project rendabel. Oleon in het Oost-Vlaamse Ertvelde mag in ons land jaarlijks 63.000 ton biodiesel leveren, terwijl het 100.000 ton kan produceren. "Maar het is economisch niet langer mogelijk die extra capaciteit op de vrije Europese markt af te zetten", zegt Eddy Feyen, de commercieel directeur van Oleon. "Gelukkig hebben we ook een beperkt quotum op de Franse markt".
Oleon produceert biodiesel uit koolzaad. De prijs voor 1 ton koolzaad is in twee jaar met de helft gestegen, van 450 tot 715 euro per ton. "We overleven dankzij ons quotum in België, maar veel winst komt er niet bij kijken", zegt Feyen. Neochim produceert biodiesel in het Waalse Feluy en zit in dezelfde situatie. "We produceren op de helft van onze productiecapaciteit. Het is al moeilijk in België klanten te vinden en in de vrije markt zijn onze producten veel te duur", bevestigt Giorgio Spinelli, de gedelegeerd bestuurder van Neochim.
De vrije markt in Europa wordt verziekt door de oneerlijke concurrentie van biodiesel op basis van soja uit de VS. Daar worden productiesubsidies toegekend, wat in Europa verboden is. "Het is oneerlijke concurrentie", zegt Spinelli. De Duitse producenten van biodiesel werken nog slechts op halve capaciteit. Vele bedrijven zijn failliet, anderen stoppen zoals BKN BiokraftNord, dat vrijdag een project voor 150.000 ton biodiesel schrapte en overschakelt op biogas op basis van maïs en mest.
Die situatie zal nog erger worden, vreest Eddy Feyen van Oleon. Maleisië heeft een vijftigtal vergunningen afgeleverd voor fabrieken om in eigen land biodiesel te produceren op basis van de plaatselijke palmolie. Het land hoopt die biodiesel in Europa af te zetten. "De druk op de prijzen van biodiesel zal daardoor nog toenemen en prijst Europa uit de markt", zegt Feyen.
Voor bio-ethanol, dat in de benzines wordt bijgemengd, doemt eenzelfde scenario op. De prijzen voor graan zijn fors gestegen. Enkel de suikerbieten als grondstof blijven relatief goedkoop. België verhoogde het quotum voor bio-ethanol van 192 naar 250 miljoen liter. In 2010 zou 5,75 procent van alle brandstof van biologische oorsprong moeten zijn, maar over de herkomst is niets bepaald.
27 augustus 2007
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten